Wet van Ohm
Volgens de
wet van Ohm is de stroomsterkte door een geleider
rechtevenredig met het potentiaalverschil tussen de uiteinden.
In formule: U = I . R, waarbij:
- U = potentiaalverschil (spanning) in V (
Volt)
- I = stroomsterkte in A (
Ampère)
- R = weerstand in Ω (
Ohm).
Elektrisch circuit
De afbeelding toont een circuit met 2 gesloten lussen:
- 1
e lus ABCDA met stroomsterkte I
1
- voedingsbron 40 V
- 4 weerstanden: 1, 14, 14 en 4Ω
- 2
e lus (deels getekend) met stroomsterkte I
2.
Voorbeeld wet van Ohm:
Als het circuit uitsluitend zou bestaan uit één lus met alleen
40 V voeding en 4Ω weerstand, dan geldt: U = I
lus . R ofwel 40 = I
lus . 4 --> I
lus = 10 A
Omdat I = U / R, mag R (de totale weerstand in een lus) niet nul zijn.
Serie- en parallelschakeling
Indien weerstanden
parallel geschakeld zijn, wordt de stroomdoorgang gemakkelijker en de vervangingsweerstand R
v lager.
Uit de wet van Ohm volgt: 1/R
v = 1/R
1 + 1/R
2 + ... Voorbeeld: R
BC = 1/14 + 1/14 = 1/7 --> R
BC = 7Ω.
Indien weerstanden
in serie geschakeld zijn, wordt de stroomdoorgang moeilijker en de vervangingsweerstand R
v hoger.
Uit de wet van Ohm volgt: R
v = R
1 + R
2 + ... Voorbeeld: R
ABCD = 1 + 7 + 4 = 12Ω.
Tekenconventie
T.b.v. de berekening van de lusstromen gaan we uit van de volgende
tekenconventie.
Bij de rondgang door een lus, in de richting van hoger naar lager potentiaal, noteren we de potentiaalverschillen over de
weerstanden als positieve waarden en over de voedingsbron als een negatieve waarde.
Bij de gekozen richting gaan we in lus 1 van C naar D en in lus 2 van D naar C, dus in tegengestelde richting.
Het potentiaalverschil in lus 1 over CD is derhalve: 4
I1 - 4
I2.
Spanningswet van Kirchhoff
Volgens de
spanningswet van Kirchhoff is de som van de potentiaalverschillen in een gesloten lus, rekening houdend met de
gekozen richting, gelijk aan nul. Voor de 1
e lus geldt dus: 1
I1 + 7
I1 + 4
I1 - 4
I2 - 40 = 0 --> 12
I1 - 4
I2 = 40.
Stelsel van vergelijkingen
Bij een circuit bestaande uit meerdere lussen kan per lus een vergelijking worden opgesteld.
Een circuit van bijv. 5 gesloten lussen levert een stelsel op van 5 vergelijkingen met 5 onbekenden.
De onbekenden zijn de stroomsterktes
In.
Matrices zijn een handig hulpmiddel om een dergelijk stelsel op te lossen.
De berekende waarden voor
In kunnen zowel positief als negatief zijn. In een lus met
In < 0 is de stroomrichting tegengesteld
aan die van een lus met
In > 0.